Fluit-training

Om maar meteen met de deur in huis te vallen: werken met een hondenfluit vereist oefening en geduld. Probeer met stijgende en dalende toonhoogtes te fluiten, langgerekte en korte fluittonen. Oefen het kort aanblazen om korte scherpe noten te maken. Hierbij gebruik je de tong om het mondstuk van de fluit af te dekken net alsof je in de fluit gaat spuwen!

Het ZIT-commando

Het allerbelangrijkste commando, dat je als eerste gaat oefenen, is het ZIT-commando op afstand. Dit commando dient de hond volledig te beheersen onder alle omstandigheden. In de ZIT-positie zal de hond meer aandacht hebben voor volgende bevelen. Een tweede voordeel is dat er sprake is van een stabiele positie. Als we er tenminste van uitgaan dat het bevel ZIT niet midden op een drukke weg gegeven wordt... Een hond in de ZIT-positie is in rust, hij vormt geen bedreiging of risico en hij zit klaar voor je volgende bevel.

Laten we aannemen dat je hond het gesproken zit-commando beheerst en dat het is aangeleerd met een opgestoken hand. Vervang het gesproken bevel door de opgestoken hand vergezeld van het fluit-commando ZIT. Dat is een langgerekte fluittoon -niet te hard- terwijl je dicht bij de hond oefent. Indien de hond niet correct reageert geef je daarna het verbale zit-commando. Als je voldoende oefent dan zal de hond langzaam maar zeker op het fluitcommando reageren, zonder aanvullend verbaal commando, eventueel ondersteund met het handsignaal.

In deze fase van de training zou het helemaal verkeerd zijn om het zitten op grote afstand te gaan oefenen; de training dient langzaam opgebouwd te worden.

Begin de zit-oefening daarentegen slechts enkele stappen van de hond verwijderd. Wanneer dit goed gaat ga je terug naar de hond en prijs je hem de hemel in. Laat je vooral niet verleiden om de hond naar je toe te roepen: Dat zou de hond dan beschouwen als het einde van de oefening, terwijl hij juist moet blijven zitten.

Wanneer je de afstand vergroot kan het gebeuren dat de hond langzaam naar je toe wil komen of probeert te kruipen. In dat geval herhaal je het fluit-commando ZIT. Er zal een groot aantal trainingssessies nodig zijn om de afstand te vergroten. Maar denk eraan: Met kleine stapjes zal het gaan lukken. Als je hond uiteindelijk op grotere afstanden, bijvoorbeeld op 50 meter, blijft zitten dan kun je gaan oefen dat hij blijft zitten terwijl je kortstondig uit zijn zicht gaat. Daarna wordt de tijd opgebouwd die je uit zijn zicht gaat.

Het KOM-commando

Ongeacht de situatie en de verleiding moet de hond onvoorwaardelijk naar je toe komen wanneer je hem roept. De beste garantie dat hij altijd naar je toe komt als je hem roep is de beloning. De hond moet het altijd als heel plezierig ervaren als hij naar je toe komt. Je dient te bedenken dat je de hond nooit mag straffen wanneer hij naar je toe komt, ongeacht wat hij van te voren heeft gedaan (en hoe kwaad hij je heeft gemaakt!).

Het terugroepen van een jonge puppy is meestal erg eenvoudig omdat de hondjes op die leeftijd nog weinig zelfvertrouwen hebben en niet te ver weglopen. Daarom is het zo belangrijk om juist in die periode te starten met het KOM-commando en er positieve ervaringen aan te koppelen.

Laat niet na om uit je eigen comfortzone te stappen en je gedrag aan te passen, om op die manier de aandacht van je hond te krijgen. En hem naar je toe te laten komen. Gebruik een hoog stemgeluid, klap in je handen en spring desnoods op en neer. Probeer jezelf voor je hond zo interessant mogelijk te maken. Als het allemaal niet zo lukt kun je een beloning proberen of wegrennen. Door het natuurlijke jachtinstinct wordt je waarschijnlijk ineens wel interessant en begint de hond achter je aan te rennen. Als hij bij je komt prijs je hem uitvoering, je knuffelt hem, speelt even met hem of je wrijft een over zijn buik. Je doet er alles aan dat er niets fijners is dan bij jou terug te komen.

Als het komen goed is getraind kun je gaan oefenen om je hond terug te roepen met behulp van de fluit. Je kunt het beste starten om zelf te fluiten, zonder fluit. En langzaam maar zeker het hondenfluitje in te zetten. Vooral wanneer de afstand groter wordt is een fluit onmisbaar. 

Als we er van uitgaan dat de hond luistert naar het zit-commando kun je oefenen door een stukje weg te lopen en vervolgens korte fluitsignalen “ pip-pip” te geven om hem naar je toe te laten komen. Af en toe loop je naar je hond terug in plaats van hem naar je toe te roepen. Hierdoor voorkom je dat de hond anticipeert op het bevel of dat hij veronderstelt dat zitten of staan altijd gevolgd wordt door het commando KOM.

Blijf vooral kalm wanneer je hond het allemaal niet meer zo begrijpt. Begin vooral niet tegen hem te schreeuwen of hard te roepen, wordt niet boos. Dat zou het allemaal alleen maar erger maken. Val terug op commando’s die de hond wel moeiteloos uitvoert en bouw het van daar uit weer langzaam op. Wees er vast op voorbereid: Training is altijd twee stappen vooruit en eentje terug. En onthoud: Prijzen = succes - Negeren = falen. 

Anders dan bij het trainen van jachthonden en herdershonden zijn de meeste baasjes al tevreden wanneer ze hun hond op afstand kunnen laten zitten en wanneer ze de hond van grote afstand naar zich toe kunnen “roepen” met hun hondenfluitje. Maar je kunt natuurlijk ook verder gaan naar de commando’s voor gevorderden. Bijvoorbeeld je hond in een bepaalde richting sturen om objecten te zoeken en naar je toe te brengen. Details hierover kun je vinden in boeken over het trainen van honden. Wanneer u meer wilt weten over het trainen van jachthonden kunt u ook eens kijken bij de British Association for Shooting and Conservation.

Waarom een hondenfluitje en welk model neem je dan?

De reden dat het hondenfluitje grote bekendheid geniet, voor het geven van commando’s op afstand, kun je historisch verklaren. Tijdens de jacht moest het stemgeluid tot een minimum worden beperkt. Voor wilde dieren is menselijk stemgeluid erg beangstigend. Verder is het gehoor van de honden beter afgestemd op de hogere tonen van een fluitje dan op de menselijke stem. Hogere frequenties kunnen grotere afstanden overbruggen, waardoor er een beter resultaat bereikt wordt bij het werken op grote afstand.

In de volgende hondenfluitcollectie kunt u zien dat er een enorm uitgebreide keuze is in hondenfluitjes.  Sommige zijn gemaakt van metaal, andere in plastic en er zijn modellen van hertengewei of buffelhoorn (niet in de gelinkte internetwinkel!). Er is een model dat bekend staat als de 'Thunderer', een soort scheidsrechtersfluit. Het andere uiterste is er een hondenfluitje met een nogal onbeduidende naam: de 'Silent Dog Whistle', die allesbehalve stil is. Dit fluitje werkt echter met een zeer hoge frequentie, die voor honden veel beter hoorbaar is dan voor de mens. Tussen deze twee uitersten zijn er vele hondenfluitjes met verschillende toonhoogtes; sommige met variabele frequenties, sommige met een rond balletje andere zonder. Enkele fluiten hebben twee zijden om op te blazen, waardoor je de beschikking hebt over twee verschillende toonhoogtes.

Trainers van jachthonden hebben meestal hun eigen voorkeur, afhankelijk van het hondenras en het karakter van hun honden. De meeste gebruikers geven de voorkeur aan een plastic model omdat die comfortabel in de mond gehouden kunnen worden, waardoor je beide handen vrij hebt. Het uitzoeken van een fluitje is geen exacte wetenschap… Wanneer je hulp zoekt bij de keuze dan is de bijgaande selectie van Acme Dog Whistles vergezeld van een korte uitleg over het gebruik van de getoonde fluiten (in het Engels).

Het gebruik van een koord wordt aangeraden. Daarmee kun je de hondenfluit om je nek hangen. Dat bespaart veel zoeken in je zakken en het voorkomt beschadiging door vallen.

Resumerend: Welke bevelen kan ik de hond met de fluit geven?

Het hondenfluitje kun je voor bijna alle bevelen gebruiken, het grote voordeel heb je echter bij die commando's die je nodig hebt als de hond ver weg is. Ondanks dat er een aantal standaard communicatieprotocollen zijn voor veel voorkomende fluitsignalen is er geen enkele beperking. Je kunt het helemaal zelf invullen, geheel naar eigen inzicht. Het allerbelangrijkst is consistentie; heb je bij een bevel voor een bepaald signaal gekozen dan dien je daar aan vast te houden. De drie meest gebruikte fluitcommando's zijn:

Gewenste actie

Verbaal bevel

Fluitcommando

Hond op afstand laten zitten

'ZIT'

Een lange fluittoon met de open hand omhoog

Hond naar je toe roepen

[Naam hond] 'KOM'

Meerdere korte fluitsignalen met beide armen zijwaarts gestrekt

Hond in andere richting sturen

 

Twee korte fluitsignalen en nieuwe richting met je hand aanwijzen